dinsdag 21 augustus 2012

The Fucker-questionnaire (15/08/2012)


Het is steeds moeilijker om het werk te combineren met  het bijhouden van een dagboek, en daarnaast nog op tijd te gaan slapen. Gelukkig maar dat we geen internet hebben, want de data stapelt zich elke dag meer en meer op, en ik kan de transcripties niet bijhouden. Ik werk ook met een vragenlijst die ik precies niet op drie dagen lijk af te krijgen, de beruchte Tucker-questionnaire. Koen heeft de questionnaire door Trésor laten invullen, en heeft hem zo in twee sessies kunnen afnemen, maar we hebben niet genoeg kopieën om elke informant er een te geven. Ik ben dus steeds de enigste van ons drie die niet klaar geraakt, maar omdat Koen er nu zelf ook af en toe mee werkt, beseft hij hoe lang de lijst wel is (té lang eigenlijk), en ondertussen noemen we hem al de Fucker-questionnaire. Ondertussen weten de mensen van Ngidinga dat de blanken een beetje Kikongo kunnen spreken, en krijgen we vaak verschillende begroetingen naar ons hoofd geslingerd. Nu proberen we ook nog basisinformatie te verzamelen van het Kimpangu, een variant die wat verder gesproken wordt. Het probleem met het vast verblijf in Ngidinga is dat hier blijkbaar noch ‘Kimbata pire’ noch Kimbeko ‘pire’ te vinden is (het échte …). We beginnen er zelfs aan te twijfelen of we in Kivita het Kimbata pire hebben gevonden, wat toch de reden van de uitstap was. Er zijn echter ook verschillende doorbraken (voordat de mensen thuis denken dat het alleen maar slecht gaat), en we vorderen gestaag. Koen denkt er zelfs aan om met onze verzamelde data basisgrammatica’s te publiceren (bvb. ‘A sketch of Kimbata grammar’). De toonkwesties blijven echter problematisch, hoewel het lijkt alsof Koen vandaag tot een conclusie is kunnen komen die min of meer systematisch steek houdt (hij liep over van enthousiasme, wat zelden voorkomt bij hem). Zoals ik al schreef laat het werk dus enerzijds zelden toe het dagboek aan te vullen, anderzijds valt er ook niet veel meer te schrijven. We hebben een min of meer vast dagschema: om 7 uur ontbijten we, rond 8 uur beginnen de opnamesessies met de informanten tot ’s middags twaalf uur. Om half één is het middageten, en om half twee trek ik meestal naar de kamer waar we in de namiddag onze data verwerken (Koen en Jasper laten hun gerief in het huisje, en komen iets later). Daar blijven we tot 19 uur, om dan te eten. Vaak werken we na het avondeten nog door tot elf uur (gisteren was het later dankzij de leuke toonsessie), met een Primus of Skol als (enig) verzetje van de dag. De elektriciteit valt ’s avonds ook meestal uit, waardoor Jasper werkloos/computerloos is (zijn batterij werkt enkel op stroom, maar hij vindt het niet erg om even niét te moeten werken). Een goede portie humor zorgt er echter voor dat het een beetje leuk blijft. Ook kleine dingen fleuren de dag op, bvb zeer lekkere wafels te eten krijgen in het verre Kongo, of een bidsprinkhaan over je hand laten lopen. Onze vriend de hagedis heeft zijn biotoop (het bad) verlaten. We hadden nochtans een goeie grote kakkerlak in het bad gegooid als klein experimentje, maar helaas pindakaas. Binnen enkele dagen komt Gilles-Maurice ook aan, en zijn we met z’n vieren (we vragen ons een beetje af wat hij kan doen… Buiten mezelf vervangen als fotograaf. Ik weet dat enkele mensen zich gaan ergeren aan het feit dat ik op bijna geen enkele foto sta).

Geen opmerkingen:

Een reactie posten